Wist u dat…

12.09.2022

Het regionale programmamanagement van Interreg uit Gronau ging in gesprek met Alex van Geldrop en Ingrid Meijer van Oost NL en Johanna Jürgens van de TAFH Münster over het project “iPro N-Continued”. Zij namen de leiding en de organisatie van het project op zich, waarbij zij verantwoordelijk waren voor verschillende matches tussen Nederlandse en Duitse bedrijven. Het project begon op 1 januari 2020 en werd recent in juni dit jaar afgesloten. In het project werd gewerkt aan innovaties voor intelligente producten en processen bij Duitse en Nederlandse bedrijven. De digitale innovaties kwamen daarbij verschillende sectoren in het programmagebied van Interreg ten goede, zoals de gezondheidszorg, agrarische sector of de energie-industrie. In het interview blikken Alex, Ingrid en Johanna terug op een succesvolle samenwerking.

  1. Hoe is de samenwerking tussen de deelnemende MKB-bedrijven in het project ontstaan? Hebben jullie daarbij bemiddeld?

Een aantal projectpartners kenden elkaar al uit een voorlopend project en daar bleek de wens groot voor een nieuwe samenwerking. Maar er waren ook projectpartners die een idee hadden voor een innovatie die zij verder uit wilden werken en op zoek waren naar een Duitse of Nederlandse partner om mee samen te werken. Daarin konden wij (Oost NL & TAFH Münster) bemiddelen, zodat de juiste bedrijven ook aan elkaar gekoppeld werden. Zo ontstonden er uiteindelijk 8 verschillende deelprojecten.

  1. Hoe zijn jullie tijdens de projectlooptijd in contact gebleven met deelnemende MKB-bedrijven?

Het project is begonnen vlak voordat de coronapandemie uitbrak. Daarom waren we gedwongen om over te schakelen op digitale oplossingen, zoals overleggen via Teams en Zoom. Uiteindelijk had dit ook voordelen, doordat je vaak snel en op de korte termijn even kunt overleggen samen. Niemand hoeft er immers voor in de auto te stappen. Tegen het einde van het project was het wel weer mogelijk om op locatie af te spreken en toen hebben we ook deelnemende bedrijven bezocht. We gingen daar in gesprek over hoe zij de samenwerking hebben ervaren en hoe de innovatie heeft uitgepakt voor hen. We konden daar ook direct het resultaat bekijken. Op deze manier hebben we een goed beeld gekregen van wat zich gedurende het project bij deze partners heeft afgespeeld.

  1. In het project staan de thema’s Industrie 4.0 / Smart Industry centraal. Waarom is het voor MKB-bedrijven in de grensregio zo belangrijk om in deze vakgebieden innovaties uit te voeren?

De genoemde thema’s worden in de huidige tijd steeds belangrijker. In het begin was het nice to have, maar tegenwoordig is het noodzakelijk voor ondernemingen om te digitaliseren, zodat zij concurrentievoordeel kunnen behalen en voorop blijven lopen in de markt. Bedrijven merken dat ze steeds efficiënter moeten werken. Ook zorgt het project voor een stok achter de deur. Deadlines hielpen de ondernemingen om ook echt actie te ondernemen en innovaties voor elkaar te krijgen. De innovaties waren vaak ook erg praktisch en kunnen in principe vrij snel in gebruik worden genomen. Er werd bijvoorbeeld een patiëntlift ontwikkeld die verbonden is aan een internetwerkwerk en zorgverleners helpt om patiënten makkelijker te verplaatsen. En ook heeft een deelproject nieuwe materialen voor windmolenwieken ontwikkeld, zodat met minder vermogen meer duurzame energie kan worden gewonnen.

  1. In het project werden 8 prototypes ontwikkeld. In hoeverre zijn zij klaar om geïntroduceerd te worden op de markt?

Het verschilt heel erg per project, het ene project is verder dan het andere. Maar er zijn ook innovaties in deelprojecten ontwikkeld die worden opgenomen in het eigen productieproces van de deelnemende bedrijven en niet bedoeld zijn om op de markt te brengen. Ook kon het zijn dat bedrijven er bij de productontwikkeling achter kwamen dat de innovatie helemaal niet geschikt is om op de markt te brengen, dat hoort ook bij innoveren. Al met al waren de projectpartners wel enthousiast over de Duits-Nederlandse samenwerking. Er worden zelfs plannen gemaakt om ook na het project nog met elkaar aan nieuwe prototypen te gaan werken.

  1. Wat is voor jullie persoonlijk het grote voordeel van grensoverschrijdend samenwerken?

Het is leuk om de ervaringen van projectpartners te horen. Voor de start van het project kon men nog wel eens wat sceptisch zijn over hoe een Duits-Nederlandse samenwerking zou werken. We kregen bijvoorbeeld de vraag over hoe de communicatie zou gaan, maar na afloop hoorden we dat het project er voor heeft gezorgd dat zij vrij snel en makkelijk in contact kwamen met elkaar. Vaak als de eerste stap maar is gezet, dan komt de rest vanzelf. Bedrijven zijn zich er nu ook veel meer van bewust dat je ook in het buurland een samenwerkingspartner kunt vinden. Er is ineens een veel groter gebied beschikbaar om je netwerk uit te breiden, omdat de grens niet meer zo’n hoge drempel is. Dat is een hele mooie ontwikkeling geweest in het project. Er deed ook een Nederlands bedrijf mee dat voorheen alleen Nederlandse klanten had. Tijdens de samenwerking werden ze echter steeds meer geïnspireerd door de mogelijkheden op de Duitse markt, waardoor ook langzaam handelsrelaties met Duitse partners ontstonden. Inmiddels exporteren ze regelmatig naar Duitsland, waardoor ze een veel grotere afzetmarkt hebben gekregen.

  1. Hoe willen jullie in de toekomst samenwerking tussen Nederlandse en Duitse MKB-bedrijven blijven waarborgen?

Er zijn plannen om in Interreg VI een nieuw groot project te starten met de focus op technologische toepassingen. We hopen over een aantal maanden het voorstel te kunnen indienen. We willen er graag voor zorgen dat dan weer nieuwe bedrijven, die nog niet bekend zijn met Interreg, betrokken raken in deelprojecten en onderdeel gaan uitmaken van de bestaande netwerken. We willen met hen in contact komen op bijeenkomsten met thema’s over Smart Industry of via sociale media. Soms komen ook bedrijven bij ons die via partnerbedrijven al eens hebben meegedaan in een Interreg-project en hier enthousiast over waren, het wordt dan een soort sneeuwbaleffect. Bovendien blijven we in contact met de deelnemers uit het project ‘’i-Pro Continued’’ . We willen hen graag stimuleren om ook na projecteinde het prototype te blijven ontwikkelen.

Het INTERREG VA – project ‘’iPro-N Continued” werd gefinancierd door de Europese Unie. Verder ondersteunden het Niedersächsische Ministerium für Bundes- und Europa angelegenheiten, het Wirtschaftsministerium des Landen NRW, het ministerie van Economische Zaken en Klimaat en de provincies Overijssel, Gelderland, Drenthe, Friesland en Groningen het project.

Partners

Socials

Wij op sociale media