Samen over grenzen heen kijken

13.09.2023

In de Stuurgroepen van het Interreg Deutschland-Nederland programma zijn eind augustus nieuwe projecten door verschillende Duitse en Nederlandse overheden goedgekeurd. De projecten doorliepen een 18 weken durende aanvraagprocedure en kunnen nu van start gaan met het behalen van de projectdoelen. O.a. zijn er de volgende projectaanvragen ingediend en ook goedgekeurd.

Emergency Drone

In het project ‘’Emergency Drone’’ werken Nederlandse en Duitse MKB-bedrijven de Hochschule Rhein-Waal, Feuerwehr- und Rettungsakademie Bocholt, Brandweer Twente, Space 53 en DLRG samen aan de ontwikkeling van nieuwe software voor drones die bijdragen aan een effectievere inzet van drones bij (natuur)rampen in het grensgebied. De behoefte aan een grensoverschrijdende aanpak is groot, doordat klimaatuitdagingen niet ophouden bij nationale grenzen. In 2021 bijvoorbeeld verwoestten overstromingen in het Ahrdal, in Noordrijn-Westfalen en in Limburg grote gebieden. Er viel zoveel water dat kleine rivieren buiten hun oevers traden. Het noodweer hield een langere tijd aan en kostte mensenlevens en veel materiële schade. De communicatie-infrastructuur viel in enkele gebieden compleet uit, waardoor de betroffen inwoners niet konden worden bereikt en de hulpdiensten niet adequaat met elkaar konden communiceren en geleid werden. Maar met behulp van radiodrones en radiotransmissietechniek kan in zeer korte tijd een ad hoc telefoonnetwerk worden opgezet in crisissituaties. Deze nieuwe technologie zal in het project verder uitgewerkt worden.

Gedurende de projectlooptijd worden verschillende technologieën voor het gebruik van drones ontwikkeld. Bijvoorbeeld voor de vroegtijdige opsporing van bosbranden zal worden gewerkt met kunstmatige intelligentie methoden die echte vlammen kunnen onderscheiden van rookwolken die onschuldig zijn, zoals de dampen van brandende barbecues. En ook de interactie tussen drones en onderwatercamera’s wordt onderzocht, zodat drenkelingen beter kunnen worden opgespoord. Theorieën en praktijk komen nauw samen in het project door de samenwerking tussen brandweerkorpsen en ontwikkelaars. Op het oefenterrein van Space 53 in Enschede zullen regelmatig nieuwe resultaten worden getest. Het project loopt tot het najaar van 2027.

BioNanoGel

Het zorgstelsel in het grensgebied kent diverse uitdagingen. Met de resultaten van dit project wil een consortium van 5 mkb-bedrijven en 2 universitaire ziekenhuizen producten ontwikkelen voor drie veel voorkomende en gerelateerde aandoeningen: chronische bijholteontsteking, blaaspijnsyndroom en stress-urine-incontinentie.
Voor deze aandoeningen bestaan oplossingen, te weten orale medicatie, die slechts voor een korte tijd werken. Wanneer dit niet werkt, moet er een invasieve operatie uitgevoerd worden waarvoor ziekenhuisopnames en langdurige spoelingen nodig zijn. De jaarlijkse gerelateerde zorgkosten bedragen in Nederland en Duitsland vele tientallen tot honderden miljoenen euro’s.
Het doel van dit project is om een hydrogel te ontwikkelen welke medicijnen (corticosteroïden en pijnbestrijders) kan dragen en over enkele weken kan afgeven. De hydrogel wordt met een injectie op de juiste locatie geplaatst. De gel bevat nanodeeltjes die als dragermateriaal voor de medicijnen dienen. De medicijnen worden gedurende ongeveer 4 weken afgegeven en bezit regeneratieve eigenschappen.
Er wordt gebruik gemaakt van flow chemie, een efficiënte wijze om deeltjes te maken; dit in tegenstelling tot huidige processen die veel ruimte, energie en chemicaliën vereisen. Deze technologie draagt dus tevens bij aan de hulpbronnen efficiëntie.
Succesvolle uitvoering van het voorgestelde project zal bijdragen aan een betere en minder ingrijpende aanpak van drie veelvoorkomende aandoeningen. De zorgkosten voor deze aandoeningen zullen kunnen dalen, zelfs bij een toenemende prevalentie in verband met de ouder wordende bevolking in het grensgebied. Tegelijkertijd zullen de producerende mkb-bedrijven in het consortium zich een positie verwerven op een groeiende wereldmarkt met een omvang van momenteel reeds enige tientallen miljarden dollar. Tenslotte draagt de nagestreefde innovatie ook bij aan het milieu door middel van een geringer gebruik van medicijnen, hulpstoffen en energie.

MedCam-AI

In Nederland en Duitsland samen leiden 2,4 miljoen mensen aan diabetes. Velen van hen worden te laat gediagnosticeerd, met de nodige fysieke en financiële complicaties van dien. Een groot deel van hen krijgt in een vroegtijdig stadium voetproblemen. Het doel is een innovatieve niet-invasieve IR-scanner te ontwikkelen voor het diagnosticeren van afwijkingen, t.b.v. de 1e- en 2elijnszorg. Infraroodthermografie (IRT) is een nieuwe diagnostische methode met veel potentie, die geen fysiek contact vereist. Het is een veilige en betrouwbare techniek die een snelle evaluatie van stralingsenergie gerelateerd aan de huidtemperatuur mogelijk maakt. Vanwege het gebrek aan behandelingen die zich richten op onderliggende zenuwbeschadiging, is preventie een belangrijk onderdeel van diabeteszorg. IRT toont lokale temperatuurverschillen, gevlekte kleuring en hogere gemiddelde temperaturen in diabetische voeten met een hoog risico op neuropathie en neuro-ischemie. Hiermee wil we het ontstaan van een diabetische voet voorkomen, aanzienlijke kosten besparen, en de druk op de gezondheidszorg reduceren. Voor een kortere time-to-markt, want sneller medisch te valideren, én extra business kansen, kiezen we voor twee toepassingen meer, te weten het diagnosticeren van ACNES (chronische buikpijn), en het opsporen van ontstekingen bij sportblessures. De IR scanner heeft 3 innovatieve kenmerken: a. het is compact en betaalbaar, wat het geschikt maakt voor de eerstelijnsgezondheidszorg; b. het bevat AI/ML in een medische camera; en c. het gebruikt hightech thermografie dat zéér nauwkeurig en betrouwbaar is. Binnen dit project werken MKB en onderzoeksinstituten aan een productinnovatie op het gebied van gezondheidszorg, die bijdraagt aan een sterke, concurrerende en duurzame economie in de grensregio. De zorgsector in zowel Nederland als Duitsland staat voor een grote uitdaging door de druk op de zorg, mede veroorzaakt door de toenemende vergrijzing en welvaartsziekten.

Citylogistic 2.0

Tegen de achtergrond van de klimaatbescherming worden de eisen aan de stadscentra steeds hoger. Logistiek in steden heeft een grote invloed op de vermindering van emissies. Koeriers-, expres- en pakketzendingen vertegenwoordigen reeds een groot en toenemend deel van de goederenleveringen in steden. Ook de vraag van klanten naar klimaatneutrale pakketdiensten neemt toe. Om de daaruit voortvloeiende stijgende kosten, het toegenomen verkeersvolume en de lasten in termen van landgebruik en lucht- en geluidsemissies tegen te gaan, zijn nieuwe logistieke concepten nodig, met name in de context van de zogenaamde ‘last mile’. Decentralisatie, zelfvoorziening op energiegebied en flexibiliteit in de tijd zijn beslissende sleutels tot kosten- en energieoptimalisatie.
Het doel van het project is dan ook de ontwikkeling van een innovatief, intelligent en duurzaam distributiesysteem, bestaande uit een energetisch zelfvoorzienende, mobiele mini-hub en een voor dit doel ontworpen en nieuw ontwikkeld elektrisch voertuig. – LEFV (Light Electric Freight Vehicle), dat werkt op basis van de hernieuwbare energie die door de mini-hub wordt opgewekt. De mini-hub is modulair en gemaakt van duurzame bouwmaterialen en is ook geschikt voor tijdelijk gebruik.
Er zijn twee exploitatie- en testfasen van 9-12 maanden gepland in de partnersteden Groningen en Oldenburg. Beide steden zijn goed met elkaar te vergelijken en hebben hoge ambities op het gebied van broeikasgasreductie.
De grensoverschrijdende samenwerking vindt plaats tussen bedrijven, clusters en onderzoeksinstellingen. De betrokkenheid van andere belanghebbenden – vooral uit de logistieke sector, maar ook met het oog op de lokale overheid – zorgt ervoor dat het concept ook naar andere steden en gemeenten kan worden overgedragen. De eerste blijken van belangstelling zijn reeds ontvangen.

SPOWAR

SPOWAR staat voor ‘Sustainable Protection of Water Resources’. Het doel van het project is om nieuwe technologieën te ontwikkelen waarmee proces- en afvalwater kan worden gereinigd van multiresistente ziekteverwekkers, farmaceutische residuen en andere kritische organische verbindingen. Samen met zeven innovatieve bedrijven en twee universiteiten langs de Duits-Nederlandse grens richt de lead partner wfk – Cleaning Technology Institute e.V. uit Krefeld zich onder andere op medische faciliteiten en bedrijven in de productie van dierlijke levensmiddelen. Zo moeten er nieuwe gedecentraliseerde reinigingsprocessen worden gebruikt om te voorkomen dat verontreinigd water in het milieu wordt geloosd. Op deze manier draagt het project bij aan de verbetering van de gezondheid van mens en dier.

Trechterbekercultuur in de NL-D

De prehistorische samenleving, de Trechterbekercultuur, tekende tussen 4000 en 2700 jaar voor Christus het leven van de bewoners in het huidige Nederlands-Duitse grensgebied. Nationale grenzen zoals wij die vandaag kennen, waren er toen nog niet, waardoor veel cultureel erfgoed uit deze tijd met elkaar overlapt, zoals Hunebedden en de vondsten van de klassieke aardewerken in de vorm van trechterbekers. Om de vindplaatsen van archeologische ontdekkingen uit deze tijd grensoverschrijdend op de kaart te zetten, gaan de Provincies Overijssel en Gelderland, het Landschaftsverband Westfalen-Lippe (LWL) en de Rijksuniversiteit Groningen (RUG) een samenwerking in de vorm van een Interreg-project met elkaar aan. Ook meerdere geassocieerde partners, onder andere uit Niedersachsen worden daarbij betrokken. Binnen het project wordt er gestreefd naar meer grensoverschrijdende samenwerking rond kennisdeling, publieksinformatie en beheer van cultureel erfgoed uit de Trechterbekercultuur, maar ook willen de projectpartners de burger deelgenoot maken van het gezamenlijke erfgoed. Burgers worden aangespoord mee te doen aan publieksactiviteiten, zoals opgravingen. Ook de ontwikkeling van een boek en een reizende tentoonstelling zijn gepland. De tentoonstelling zal bij verschillende musea en bibliotheken worden opgezet en tijdelijk zichtbaar zijn voor bezoekers.

Dankzij het project dat in het najaar van 2026 eindigt zullen grensoverschrijdend erfgoedbeheer en cultuurbeleid op elkaar worden afgestemd en wordt het eveneens mogelijk gemaakt gemeenschappelijk onderzoek te doen naar een cultuur die in Nederland en Duitsland heeft overheerst.

Interreg-financiering

De Interreg-financiering is afkomstig uit het Europese Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO). Door de goedkeuring van de bovengenoemde projecten gaat een totaalbedrag ten belope van € 23.937.058,66 naar de Duits-Nederlandse samenwerking. Dit totaalbedrag omvat subsidie uit het fonds, cofinanciering van de Interreg-partners en een eigen bijdrage van de projectpartners.

Partners

Socials

Wij op sociale media