Peat-free substrates

De ontwikkeling van veenvrije tuinbouwsubstraten is van bijzonder belang voor de implementatie van Europese en nationale klimaatbeschermingsdoelen om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen.  In Duitsland moeten hobbygronden vanaf 2026 veenvrij zijn, substraten voor de tuinbouw grotendeels in 2030 (BMVEL-doelstellingen 09/2020). Er zijn ook overeenkomstige uitfaseringsdoelen in Nederland. Dit stelt substraatfabrikanten en ook tuinbouwbedrijven voor grote uitdagingen en een zeer grote vraag naar alternatieve grondstoffen.CO2-uitstoot van turf: 250 kg CO2 per m3 turf (Alterra
2013, WUR).

Het project Peat Free heeft daarom de volgende doelstelling in termen van een duurzame circulaire economie: productontwikkeling van een turfvrije, hoogwaardige turfvervanger gemaakt van bijzonder vezelrijk digestaat, dat wordt verkregen uit Silphium perfolium door monovergisting en verdere verwerkingsmethoden. De afzonderlijke processtappen worden getest en de resulterende tussenproducten (digestaat, vezelmateriaal, dunne fraktie) worden geoptimaliseerd. Hieruit worden verschillende vervangende varianten ontwikkeld en getest op hun geschiktheid/kwaliteit voor de professionele tuinbouw, Tuinaarde potgrond en als champignonsubstraat. 

De basis hiervoor is de Silphie, een meerjarig bloerik, droogtebestendig, landbouwpermanent gewas met een lange bloeifase. Het biedt oplossingen voor biodiversiteit, bodembescherming, het vasthouden van voedingsstoffen en humusvorming. Bovendien wordt er groene energie geproduceerd in de vorm van biomethaan, elektriciteit en warmte.

Een speciaal aandachtspunt is de ontwikkeling van samenwerking tussen Nederlandse en Duitse ondernemers en kennisinstellingen en de implementatie van een grensoverschrijdend cluster. Door het netwerken van grondstofproducenten (boeren, exploitanten van biogasinstallaties) en gebruikers (substraat industrie, tuinbouwbedrijven) moet de kennisoverdracht in de Interreg-regio worden bevorderd en moeten klimaatvriendelijke, duurzame procesketens voor veenvrije substraten in de zin van de circulaire economie worden geïmplementeerd en nieuwe bedrijfsmodellen worden ontwikkeld. De resulterende tussenproducten (digestaat, vezelmateriaal, dunne fase) worden geoptimaliseerd. Hieruit worden verschillende vervangingsvarianten ontwikkeld en getest op hun geschiktheid/kwaliteit.Tijdens de teelt en het gebruik wordt speciale aandacht besteed aan milieuaspecten.

Projectinformatie

Geplande projectkosten
€1,516,174.80
Prioriteit
Een groener programmagebied
Projectduur
01.04.2024
 - 
31.10.2027
Leadpartner
3N-Kompetenzzentrum Niedersachsen Netzwerk Nachwachsende Rohstoffe und Bioökonomie e.V.
Projectpartners
Kekkilä-BVB Grubbenvorst BV
CornTec GmbH
AGRARINNOVATIE Nederland B.V.
CLIB - Cluster Industrielle Biotechnologie
Hochschule Osnabrück
Stichting Biosintrum
Niedersächisches Ministerium f. Ernährung, Landwirtschaft u. Verbraucherschutz
Stichting BEON
Wageningen University & Research Field Crops
Brightlands Campus Greenport Venlo
LLTB Belangenbehartiging
Landwirtschaftskammer Nordrhein-Westfalen

Projectfinanciering

3N-Kompetenzzentrum Niedersachsen Netzwerk Nachwachsende Rohstoffe und Bioökonomie e.V.
€102,661.65
AGRARINNOVATIE Nederland B.V.
€210,732.55
CornTec GmbH
€65,794.40
EFRE / EFRO
€621,273.74
Hochschule Osnabrück
€117,183.78
Kekkilä-BVB Grubbenvorst BV
€82,309.50
Landwirtschaftskammer Nordrhein-Westfalen
€49,959.00
MB Niedersachsen
€121,942.30
Ministerie van Economische Zaken en Klimaat
€79,878.05
MWIKE NRW
€11,187.78
Provincie Limburg
€14,957.41
Provincie Overijssel
€38,294.64
Heeft u een projectidee of een specifieke vraag over het Interreg-programma Deutschland-Nederland?
Vul dit formulier in en onze specialisten nemen contact met u op.
We helpen u graag verder! Wij staan ​​ook open voor suggesties!

Google reCaptcha: ongeldige sitesleutel.

Partners

Socials

Wij op sociale media