Al jaren werken de partners aan een grote ambitie: een rechtstreekse trein die Zwolle, Enschede en Münster met elkaar verbindt. Op 1 september beklonken ze de voortzetting van dat partnerschap in een overeenkomst. Die borgt toekomstige grensoverschrijdende samenwerking nu de Europese INTERREG-projectfinanciering 30 september afloopt. Daarnaast spreken de provincie Overijssel, de EUREGIO, de regio’s Zwolle en Twente, de Bezirksregierung Münster, de IHK Nordwestfalen en de steden Zwolle, Enschede en Münster af in de toekomst meer samen op te trekken. Bijvoorbeeld bij de ontwikkeling en uitvoering van een gezamenlijk ruimtelijk economisch beleid voor de Zwolle-Twente-Münster as.
Dit werd op 1 september bekend gemaakt tijdens de afsluitingsbijeenkomst van de huidige fase van het project. Daar werden onder andere ook de resultaten gepresenteerd van een ruimtelijk economische studie. Die onthullen dat er volop kansen zijn voor samenwerking op de corridor Zwolle-Münster, waar de genoemde partijen graag op willen inhaken.
“EuregioRail brengt Münsterland en Overijssel dichter bij elkaar. Het is een klimaatvriendelijk en duurzaam alternatief voor de auto, omdat het de ambitie is elektrische treinen in te zetten en op lange termijn ook op groene stroom te laten rijden.” – Joachim Künzel, directeur van Zweckverband Nahverkehr Westfalen-Lippe (NWL)
Verbetering mobiliteit en ruimtelijk economische samenwerking
In nauwe samenwerking met de regio’s Twente en Zwolle hebben de EUREGIO, de provincie Overijssel en het Zweckverband Nahverkehr Westfalen-Lippe de afgelopen twee jaar onderzocht of en hoe het grensoverschrijdende spoorvervoer tussen Zwolle, Twente, Münster en tussen Hengelo en Dortmund kan worden versterkt. Dit leidde onder andere tot een uitvoeringsagenda, het ‘spoorboek’ op weg naar een duurzame grensoverschrijdende treinverbinding, een bezoek van de staatssecretaris Heijnen van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat en de uitdrukkelijke ondersteuning van de deelstaat Noordrijn-Westfalen. Studies en onderzoeken die de projectpartners lieten uitvoeren, zoals een technische studie, de opstelling van een ruimtelijk economisch profiel en een sociaal-economische onderbouwing over de noodzaak van samenwerking op de as Zwolle-Twente-Münster, gaan in op de haalbaarheid en toegevoegde waarde van EuregioRail. Daaruit blijkt dat EuregioRail niet alleen leidt tot een mobiliteitsverbetering, maar dat het project ook enorme kansen biedt voor het bedrijfsleven, onderwijs, vestigingsklimaat, leefbaarheid en toerisme.
Regionale bestuurders van meerdere bestuurslagen langs de corridor Zwolle-Twente-Münster zien de potentie van EuregioRail en willen meer ruimtelijk economische samenwerking.
“EuregioRail creëert een goede rechtstreekse verbinding. Het is mooi dat de provincie Overijssel en het Zweckverband Nahverkehr Westfalen-Lippe de ambities samen met ons voortzetten, ook met het oog op de duidelijke voordelen van een betere grensoverschrijdende mobiliteit voor de grensregio.” – Christoph Almering, directeur-bestuurder van de EUREGIO
Meer capaciteit, kortere reistijden en beter voor milieu
De partners streven naar oplevering van een rechtstreekse, elektrische dubbelsporige grensoverschrijdende treinverbinding tussen Zwolle en Münster en Hengelo en Dortmund in 2032. Het streefbeeld in 2040 is twee rechtstreekse verbindingen per uur tussen Zwolle en Münster en één rechtstreekse verbinding tussen Dortmund en Hengelo.
“EuregioRail is niet alleen een kwestie van betere bereikbaarheid. Deze corridor vervult ook een rol op het gebied van woningbouw, bedrijfsleven en vestigingsklimaat.” – Bert Boerman, gedeputeerde van de provincie Overijssel
De nieuwe verbinding leidt tot een grotere reizigerscapaciteit, kortere reistijden en verbetert de luchtkwaliteit door het vervangen van dieseltreinen door elektrische treinen. De aanleg van een rechtstreekse treinverbinding vereist een opwaardering van de infrastructuur in zowel Nederland als Duitsland, bijvoorbeeld de elektrificatie van het tracé Münster-Enschede. De samenwerkingspartners trekken samen op om de daarvoor benodigde financiering te verkrijgen, in Nederland, Duitsland en Europa.