Sinds 2023 is het Kleinprojectenfonds (KPF) onderdeel van het Interreg-programma en richt het zich specifiek op kleinere burgerprojecten en grensoverstijgende initiatieven die de samenwerking in de grensregio’s tussen Duitsland en Nederland bevorderen. Hierdoor worden mensen uit beide landen samengebracht en krijgt het Europese gedachtegoed concrete invulling in de praktijk. Projecten worden ondersteund binnen vier themagebieden: Governance, Education, Health en People to People.
De Eems Dollard Regio, de EUREGIO, de Euregio Rijn-Waal en de euregio rijn-maas-noord beheren gezamenlijk het Kleinprojectenfonds binnen het Interreg VI A-programma Deutschland-Nederland in opdracht van de Interreg-partners.
Nu, na meer dan twee jaar looptijd, is een eerste balans opgemaakt en zijn de eerdere aanvragers gevraagd een korte vragenlijst in te vullen. In de enquête werd onder meer gevraagd naar het gebruik van het online-aanvraagportaal, de communicatie van de subsidieregels en ook de ervaringen met de begeleiding door de projectbureaus. Er is veel waardering voor de hoge bereidheid om aan de enquête deel te nemen (meer dan 50%) en voor het feit dat de begeleiding door de projectcoördinatoren van de KPF-bureaus door 96% van alle respondenten als “zeer goed” of “goed” wordt beoordeeld. Veel aanvragers (78%) geven aan dat zij het online-tool overzichtelijk en gebruiksvriendelijk vinden, met duidelijke stappen en begrijpelijke uitleg die hen goed door het proces leiden. Ook de administratieve afhandeling van de subsidieprojecten wordt door de meerderheid van de respondenten (75%) als “zeer eenvoudig” of “eenvoudig” ervaren. De enquête laat al met al een prachtig resultaat zien, waar de projectcoördinatoren trots op zijn.
Er zijn inmiddels meer dan 1.000 projecten goedgekeurd, die duidelijk laten zien hoe sterk de samenhang in de grensregio is – een belangrijk signaal, zeker in tijden als deze, waarin Europa verbonden moet blijven. KPF-coördinator Karin Thevißen beschrijft dat binnen het thema Governance bijvoorbeeld de jeugdgemeenteraden van de partnersteden Mönchengladbach en Roermond elkaar hebben ontmoet. Tijdens deze bijeenkomst werden ervaringen uitgewisseld over de betrokkenheid van jongeren bij de lokale politiek, werden verschillen in gemeentelijke adviesstructuren besproken en werd gekeken of er gezamenlijke aanpakken mogelijk zijn om thema’s die jongeren aan beide zijden van de grens belangrijk vinden, verder onder de aandacht te brengen.
Een ander initiatief vond plaats binnen het thema Education. KPF-coördinator Silvia Schuster vertelt over een buitenlandse stage van één week, waarbij Duitse leerlingen van het Gymnasium Remigianum uit Borken drie Nederlandse bedrijven in Winterswijk hebben ondersteund. De leerlingen konden daarbij hun taalvaardigheden in de praktijk testen en waardevolle inzichten opdoen in hoe Nederlandse bedrijven functioneren. Hierdoor konden zij onderzoeken of zij zich mogelijk kunnen voorstellen later zelf in Nederland te werken of daar een opleiding te volgen.
KPF-coördinator Svenja Arntz denkt met plezier terug aan een koor- en orkestsamenwerkingsproject binnen het thema People to People, dat werd gekenmerkt door gezamenlijke repetities, optredens en herdenkingsbijeenkomsten in het kader van 80 jaar vrijheid. Beide organisaties, het Symfonieorkest Nijmegen en de Städtische Musikverein zu Düsseldorf e.V., zijn in deze periode hecht naar elkaar toegegroeid en er zijn zelfs vriendschappen ontstaan, wat een goede basis vormt voor toekomstige samenwerking.
Ook KPF-coördinator Imke Barth kan vertellen over een succesvol gevormd netwerk. Het grensoverstijgende Health-project “Speed Up!”, een samenwerking tussen de Carl von Ossietzky Universität Oldenburg, het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG) en OFFIS e.V., had als doel het gebruik van sensoren en robotica in de zorg te stimuleren. Naast een behoeftebepaling in zorginstellingen en een overzichtsanalyse van aanbieders en ontwikkelaars van sensor- en robotica-oplossingen, ontstond daarbij een sterk grensoverstijgend netwerk van zorgprofessionals, onderzoekers en technologieontwikkelaars.
Samenvattend kan worden geconcludeerd dat grensoverstijgende samenwerking nog steeds van groot belang is en dat het Kleinprojectenfonds een zeer succesvolle maatregel is. Om de grensoverstijgende samenwerking ook in de toekomst te blijven ondersteunen, kijken de coördinatoren van de projectbureaus uit naar nog veel meer interessante projecten. Budget is hiervoor nog voldoende beschikbaar.
Geïnteresseerden kunnen online meer informatie vinden en een aanvraag indienen: https://deutschland-nederland.eu/de/kleinprojektefonds/.
Het Kleinprojectenfonds wordt uitgevoerd binnen het Interreg VI A-programma Deutschland-Nederland en wordt met 11,6 miljoen euro medegefinancierd door de Europese Unie, het Nederlandse Ministerie van Economische Zaken (EZ), het MWIKE NRW en de Niedersächsische Staatskanzlei, evenals de provincies Groningen, Fryslân, Drenthe, Flevoland, Overijssel, Gelderland, Noord-Brabant en Limburg.
